Een tweede huis

Een tweede huis: je hebt er een, of je droomt ervan. De klank heeft de belofte in zich van heerlijk thuiskomen én van eeuwig op vakantie zijn,. In je tweede huis schijnt altijd de zon, rinkelt nooit de telefoon en verandert het woord 'stress' in een stel betekenisloze letters. Voor schrijfster Loek Kessels is het een villa onder de Spaanse zon, voor Martin Šimek een simpel stenen huis op een Italiaanse berg.

Waar komt de behoefte aan een tweede huis vandaan? Zijn mensen met een tweede huis ergens voor op de vlucht, of zijn ze misschien juist naar iets op zoek? Is het een onthaastingshutje of gewoon een ordinair statussymbool? Om een antwoord te krijgen op die vragen sprak schrijver/journalist Gerhard Hormann ( zelf in het bezit van een huisje in de Overijsselse bossen) met een bekende en onbekende Nederlanders over de diepere drijfveren achter 'hun' tweede huis.