Het spook van de opera

HET SPOOK VAN DE OPERA

In 1911 schreef Gaston Leroux deze roman, die in de loop der jaren alleen maar aan bekendheid zou winnen. Het boek baarde in de eerste jaren na verschijnen nog weinig opzien, maar in de loop der tijd kreeg het steeds meer aandacht door allerlei wijdverbreide mystificaties. Het gerucht ging dat het boek een waar gebeurd verhaal beschrijft: er zou echt een spook hebben rondgewaard in de catocmben van de Parijse Opera. Daarnaast verwarde het grote publiek het spook met de klokkeluider van de Notre Dame. Het populair geworden 'spookthema' zorgde voor latere successen van de roman; het verhaal is in talrijke film - en musicalversies opnieuw opgevoerd. In het voorwoord gaat Peter Haining, de vooraanstaande expert op het gebied van Horror en bovennatuurlijke fictie, op al deze aspecten in en hij plaatst daarmee het verhaal in een duidelijke context.

The Phantom of the Opera is het dramatische verhaal van een mysterieuze, mismaakte man die in de catacomben van het imposante gebouw huist en daar een eigen wereld creëert. Regelmatig waagt hij zich in het operagebouw. Alle theaterdirecteuren, regisseurs en artiesten zijn zich van zijn aanwezigheid bewust, ook al krijgen ze slechts af en toe een glimp van hem te zien. Pas als hij een hopeloze liefde opvat voor de jonge sopraan Christine, manifesteert 'het spook' zich echt in zijn wanhopige pogingen haar voor zich te winnen en haar mee te voeren naar zijn 'rijk'.